Nancy, 13 juni 2007
Een rustdag in het aangename Nancy. We hebben hier een kleine, sobere kamer boven een cafe tegenover het station. Zo kennen we onze plaats weer als pelgrim, na de riante B&B's van de afgelopen dagen. Maar daarover later meer.
Het weer is fantastisch sinds we in Frankrijk zijn - veel zon en temperaturen tussen 25 en 30 graden. Wel tamelijk warm om te lopen - gelukkig gaat de route veel door bossen - maar het bevalt ons een stuk beter dan de regen en kou die we daarvoor hebben getrotseerd. Minpunt zijn de orages=onweersbuien, die zo nu en dan op onverwachte momenten toeslaan, maar soms ook weer overdrijven.
Sinds Metz is de route heel landelijk, met veel stadjes en dorpen, paadjes tussen oude muren en langs volkstuintjes, wijngaarden en kasteeltjes. Een leuke afwisseling met de onafzienbare, glooiende graanvelden en de duistere bossen, die doorgaans het beeld bepalen. Ook kwamen we de oude Romeinen weer tegen bij een vervallen, met klimop begroeid aquaduct.
Een dag later passeerden we het gloednieuwe TGV-tracee Paris-Metz-Nancy, waar die dag de eerste treinen reden... zou dit over 2000 jaar ook nog een historisch monument zijn?
Na lange tijd zijn er weer B&B's (chambres d' hotes) onderweg, waar we dankbaar gebruik van maken. De eerste lag 2 km buiten Ars-sur-Moselle. We konden het eerst niet vinden, maar toen stopte er een auto naast ons met Monique, onze gastvrouw. Ze haalde net haar zoon van school. Bij haar zaten we heerlijk in de boomgaard en kregen we Franse kaas bij het ontbijt, een welkome variatie op het thema jam, jam, jam. Een contrast vormde de sjieke B&B in een nette buurt van Pont-a-Mousson, waar alles tot in de puntjes perfect was. Maar Frieda kreeg het aan de stok met mevrouw toen ze de brutaliteit had gehad om een wasje op de kamer te doen - we troffen het wasgoed aan in de badkamer en onze waslijn opgerold. De eerst zo vriendelijke dame bleef ons daarna zeer koeltjes bejegenen...
De meest fantastische ervaring hadden we bij Christian Kuprewicz in Onville. We wisten niet wat we moesten verwachten toen we aanbelden bij een vervallen deur in een oude, kale muur. Maar daarachter bevond zich een prachtig 18-e eeuws huis vol antiek. Klassieke muziek schalde bij binnenkomst ons tegemoet. Christian ontving ons met ijsgekoeld water met muntblad.
In de paradijselijke heemtuin met uitzicht op de Middeleeuwse kerktoren en de groene heuvels rondom kwamen we helemaal tot onszelf. Toen we ook nog in de schaduw een doos met 5 jonge katjes ontdekten scheelde het niet veel of Frieda hing haar wandelstok in de wilgen om voor altijd hier te blijven...
Inmiddels bereidde onze gastheer de maaltijd voor - koken is zijn passie, bleek wel toen we allerlei heerlijkheden voorgeschoteld kregen in zijn knusse keuken. Het werd een zeer genoeglijke zaterdagavond, samen met de 80-jarige oma en met huisvriend Mike, in drietalige conversatie (Frans/Duits/Engels). Christian sprong steeds op van tafel onder de uitroep "ik moet koken!" om even later met de volgende schaal op de proppen te komen. Oma riep steeds "tsjoch! tsjoch!" - van ons zojuist het Friese proost geleerd - bij ieder drankje dat werd ingeschonken. Tegen middernacht zijn wij maar naar bed gegaan. We hebben het Christian vergeven dat we hem de volgende ochtend niet meer hebben gezien. Het ontbijt stond klaar, maar om half 10 moesten we toch echt weer op pad, het huis in diepe rust achterlatend.
Tsja, en of we het leuk vinden of niet, het eind van dit deel van de voettocht komt in zicht... We hopen de eerste top in de Vogezen nog te halen, de Col du Donon (1008 m), om daarna vanaf Schirmeck per trein terug te gaan, met meer dan 600 km wandelen in de benen. Uiterlijk 25 juni hopen we thuis te komen.
Tot een volgend bericht,
Johannes en Frieda
maandag 2 juli 2007
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten