maandag 2 juli 2007

Aflevering 9

Deventer, 2 juli 2007

Terwijl we hier naar de grauwe Nederlandse luchten zitten te staren denken we nog dagelijks terug aan dat andere bestaan van lopen, lopen, lopen, eten en slapen. We zijn nog maar een dikke week terug en toch lijkt het al weer lang geleden. Maar gelukkig zijn er de foto's en de berichten die nog steeds binnenkomen op ons e-mail adres. En stiekem kijken we al weer op de kaart van de Vogezen hoe we de tocht volgend jaar willen voortzetten: nog een stuk GR5, of toch maar langs de GR531 of de GR532?

Voor de trouwe lezers volgt hier een epiloog: een korte terugblik en een afsluitend woord.

Achteraf is het allemaal enorm meegevallen: het (bijna) iedere dag wandelen, het vinden van slaapplaatsen, het voortdurend samen zijn zonder veel andere contacten. Hoewel we dat laatste niet hadden verwacht. Uiteindelijk hebben we maar 2 anderen (Nederlanders uit Hattem) ontmoet die ongeveer hetzelfde deden als wij, maar dan weer heel anders qua logistiek, want zij hadden auto, tent en fietsen bij zich en deden iedere etappe 1x lopend, 1x terug fietsend, en noodgedwongen 3x per auto. Ons niet gezien. Maar toen wij ons over deze ingewikkelde constructie verbaasden, was de reactie "hoe wil je het anders doen dan?"....
Kortom, ons type wandelaars hebben we niet ontmoet, wat jammer is want dan kun je geen ervaringen uitwisselen. Het enige bewijs dat de route wel degelijk hoge populariteit geniet troffen we aan in het livre d'or (gastenboek) van Mme. César, waaruit bleek dat 10-20 mensen per maand de GR5 lopen (vooral Nederlanders en Vlamingen). Maar ja, als iedereen in hetzelfde tempo achter elkaar aan hobbelt met enige dagen daartussen...

Zoals bekend bestond de grootste tegenvaller uit de voetblessure van Johannes, die gelukkig na een week voldoende verholpen was. Was het toch een insectenbeet? Daarna is Johannes (sorry, maar over Frieda valt over klachten en ongemakken niets te melden) nog twee keer gebeten door een teek, wat hopelijk geen kwalijke gevolgen heeft. Hij is nu eenmaal zeer populair bij insecten. Om dit medische onderdeel positief te besluiten: van te voren vreesden wij voor Johannes z'n rug, maar dankzij een Deventer chiropractor leverde deze juist geen problemen.

Behalve teken zagen we wat dieren betreft vooral veel vogels, koeien, honden, katten, muggen, horzels en onnoemlijk veel mestkevers en slakken. Met die laatste soort (met exemplaren in alle kleuren van de regenboog) hebben we een band ontwikkeld: ook zij bewegen zich traag doch doeltreffend door het landschap. Verder hebben we drie keer een vos, een marter en tweemaal een ree gezien, verder helaas geen enkel hert of wild zwijn.

Enkele statistieken en antwoorden op veel gestelde vragen:
- We hebben in totaal 663 km langs de route gelopen, plus nog eens 74 km extra om bij slaapadressen te komen, in totaal is dat 737 km.
- Er waren 41 wandeldagen, dat betekent een gemiddelde van 18 km/dag, met als kortste etappe één van 7,5 km en als langste 28 km.
- We liepen op goede bergschoenen en met ieder een stok in de hand. Geen moderne (berg- of Nordic) wandelstokken: Frieda werd ondersteund door haar trouwe Ierse stok van blackthorn uit 1991, terwijl Johannes een door Frieda in de bossen van Spa gevonden stevige tak van bijna zijn lichaamslengte als een ware pelgrimsstaf overal mee naar toe nam (zelfs in bussen en treinen tot hilariteit of frustratie van de andere reizigers). Het jammerlijk einde van deze staf is verhaald in ons bericht nr. 8.
- We hebben van de 50 nachten 13 x overnacht in een B&B (ofwel Chambre d'Hote), 19 x in een hotel en 11 x in een jeugdherberg - verder nooit onder de brug of in de hooimijt. Hoe vaak we pizza, schnitzel, bami of kebab hebben gegeten zullen we de lezer besparen. Twee keer heeft de gastheer/-vrouw een gedenkwaardige maaltijd voor ons gekookt en twee keer hebben we noodgedwongen brood gegeten: éénmaal omdat het de hele avond onweerde en we er niet uit durfden, éénmaal omdat er doodgewoon in de wijde omtrek niets te krijgen was.

Dan enkele woorden gewijd aan de landschappen en de karakteristieken van de gebieden waar we doorheen kwamen. Het stuk Wallonië was heel mooi en landelijk; ondanks het gebrek aan cafés was dit een van onze favoriete trajecten. In de niet toeristische dorpen zei iedereen ons vrolijk "bonjour". Het was er rommelig en bij tijd en wijle enigszins armoedig.
Dit veranderde op slag toen we in Duitstalig (Belgisch en Luxemburgs) gebied kwamen: opgepoetste dorpen, veel asfalt waar wij liever iets onverhards hadden gezien en een stugge, kleinburgerlijke bevolking. Met name de Luxemburgers vonden ons maar rare zwervers. In dat land hadden we vooral contact met niet-Luxemburgse allochtonen (zoals Portugezen, Duitsers en Nederlanders). Eén keer werden we bijna de zaak uitgekeken toen we het waagden om te vragen of we er koffie konden drinken: maar nee, het was alleen open voor de lunch (om 4 uur 's middags) en of we maar snel rechtsomkeert wilden maken (dit laatste non-verbaal middels handgebaren).

Luxemburg heeft ook veel positieve kanten: de fraaie natuur zoals in Klein Zwitserland, de oogverblindende en toch goedkope jeugdherbergen, de mooie wijngaarden langs de Moezel, het uitstekend functionerend openbaar vervoer. En dat alles op miniatuur-schaal: juist op het moment dat we de grens met Frankrijk overstaken werden we geconfronteerd met weidse graanvelden en uitgestrekte bossen.
Maar eerlijk is eerlijk: in Frankrijk voel je je pas echt een langeafstandswandelaar. Veel veldwegen tussen graan, klaprozen en leeuweriken, eindeloze bospaden, pittoreske dorpen met vriendelijke bewoners die je soms zelfs water aanbieden, charmante chambres d'hotes. Het moet gezegd dat één van de dingen die ons opvielen is hoe aardig de Fransen zijn, tenminste in de niet-toeristische regio waar wij doorheen kwamen. Geen kwaad woord meer...

Een (volgens ons) trieste ontwikkeling, die je in heel Europa ziet, was ook op onze route in Frankrijk volop aanwezig: het uitsterven van de dorpen en de opkomst van megawinkelcentra langs de autowegen. Voor de wandelaar, maar ook voor de "minder" mobiele medemens zoals ouderen, invaliden en jongeren een lastig fenomeen, want wat moet je met een dorp zonder winkels, zonder scholen, zonder cafés, zonder overnachtingsgelegenheid en erger nog, zonder enig openbaar vervoer? Doorlopen naar het volgende, evenzeer ingeslapen dorp?

Lotharingen staat bekend om zijn troosteloze industrie en daar hebben we er genoeg van gezien. Cementfabrieken en staalindustrie, maar ook lange rijen eenvormige arbeiderswoningen waren daar het décor. Een groot contrast vormde het merengebied ("Klein Friesland") ten oosten van Nancy. Zachtglooiend, met spitse kerktorens, riviertjes, meren en stille dorpen. Maar ook weer met de nodige bossen met bospaden van kleverige klei die in dikke plakken aan onze schoenen bleef hangen en over het pad woekerende doornstruiken ("gemene groene grijpers"). Nergens hebben we zo lopen baggeren als tussen Brin-sur-Seille en Vic-sur-Seille, op een gegeven moment gaven we zelfs de voorkeur aan een alternatieve route langs een drukke autoweg.
De Vogezen zijn weer totaal anders: het gebergte rijst al van afstand uit de vlakte op. Van dichtbij zijn daar de drogere, schralere bossen en de Elzasser aandoende dorpen met grote, goed verzorgde huizen.

Rome, we zijn er nog lang niet, maar er waren voortdurend tekenen vol symboliek op onze weg. Het begon al met de pizza Roma die we in Maastricht hebben gegeten. Daarna bleek hoeveel de oude Romeinen hebben nagelaten, van de fundamenten van villa's tot heerwegen en een aquaduct.

Tot slot een hartelijke groet,
Johannes en Frieda

6 opmerkingen:

Anoniem zei

Lieve Johannes en Frieda,
Ik laat me de gelegenheid niet ontnemen om als eerste op jullie weblog te reageren. Hopelijk lukt het straks ook nog dit berichtje te versturen.
Mooi dat het wandelen jullie zo goed bevallen is. Jullie begrijpen nu vast beter waarom wij ieder jaar zo genieten van het lopen in Frankrijk. Mooie paadjes tussen de velden, lieve rommelige slaperige dorpjes en sávonds lekker eten.
We zijn benieuwd hoe het lopen in Engeland zal zijn. We spreken elkaar daarna vast gauw eens.
liefs, Mathilde

Anoniem zei

toch tweede!
sorry ik zit ook wat in de "drukte" van onze gemeente. lees ook www.skille.nl
maar what ever!.............
ik zou zeggen "walk on!"

tut. Wietse

Anoniem zei

Wij kijken ook al stiekem op de kaart voor het vervolg.......

Anoniem zei

Elke keer weer geweldig jullie verhalen te lezen ik zal ze missen tot jullie weer van start gaan .

Heel veel groetjes Catherine.

De Markies van Vielsalm

Anoniem zei

Hoi Johannes en Frieda,
Wat in prachtig ferslach en heel mooie foto's. It is krekt of rinnen je der sels.
We winskje jim in selde ferfolch sadat jim troch it werheljen lekker trije kear meimeitsje kinnne hoe it is om nei Rome te rinnen.
It wie leuk lesten, wes hjir ek wolkom.
De groeten fan Theo (dy't jim weblog daliks besjoen hat, mar op ien of oare manier haw ik dat mist)
en fan Houkje

Anoniem zei

Great post! I want to see a follow up to this topic

generic paxil