Freiburg im Breisgau, 24 juni 2008.
Waren wij enkele dagen geleden nog in het Franse Colmar aan het eind van de Vogezen, nu zitten we in het Duitse Freiburg aan het begin van het Zwarte Woud. Ofwel zijn we van de Elzas aanbeland in Baden-Württemberg.
Daartussen lagen 3 korte, vlakke etappes door het dal van de Rijn. Toch valt het wandelen ons momenteel niet licht. Het is drukkend heet geworden met temperaturen van boven de 30 graden. Aan het eind van de dag volgt een verfrissende stortbui, al dan niet vergezeld van "Donner und Gewitter".
Gistermiddag waren we net op tijd in Freiburg om te kunnen vluchten in een koffiezaakje waar de aardige serveerster ons van een kaart van de stad voorzag zodat we onze slaapplaats snel konden vinden. Vandaag hebben we een rustdag en proberen we de hitte te vermijden.
Een paar dagen geleden in het Franse Volgelsheim viel het trouwens niet mee om het aldaar besproken hotel te vinden. Het bleek enkele kilometers buiten het dorp te liggen, dus ploeterden wij voort in de kale vlakte onder de hete zon totdat we het eenzame gebouw zagen liggen. Het hotel heette La Boite a Sel (het zoutvaatje) naar het gehucht waar het lag, de link met zout is ons duister gebleven. De eigenaresse bleek een erg hartelijke vrouw, zij was de eerste op onze hele tocht die echte belangstelling had voor onze reis. Ook het eten was er voortreffelijk, dus als je ooit in de buurt komt...
De dag erna staken we de Rijn over bij Breisach am Rhein, een stad op een steile rots aan de Duitse oever in het anders zo vlakke landschap. Alsof we gastvrij onthaald werden in dit land klonken al snel de tonen van een hoempapa-orkest, dat een plaatselijke schranspartij (met veel worst en bier) opvrolijkte. Aan de Franse kant van de Rijn lieten we het (totaal niet gelijkende) tweelingstadje Neuf-Brisach achter ons. Dat is een stil garnizoensstadje met een bijzonder, (voor de kenners: door Vauban ontworpen) geheel symmetrisch stratenplan binnen een achthoekig centrum, omgeven door een 15-puntige ster van verdedigingswerken. De plattegrond doet Frieda aan een mattenklopper denken, Johannes aan een cyclooctatetraeen molecuul.
Ondanks het vlakke terrein waren de afgelopen dagen toch heel afwisselend. Zo nu en dan kwamen we door bossen, het ene voorzien van recreatieve faciliteiten, het andere volledig verlaten met bijna overwoekerde paden. Sinds we niet meer op de GR5 lopen moeten we zelf onze route bepalen. Door een tip van een herbergierster vonden we de kortste route naar Freiburg, waarbij we onderweg ons konden laven aan een drankje in een dierentuin. Net als in de Elzas zaten ook hier de ooievaarsfamilies op hun hoge posten.
Gisteren zat er nog een klim van maar liefst 75 meter in de route over de Tuniberg, een heuvel vol wijngaarden die heerlijke witte wijn opleveren, zoals wij zelf hebben kunnen constateren in het gemütliche Gasthof Keller, waar overigens een Duitser ons condoleerde met de uitschakeling van Nederland door de Russen op het EK. Maar laten we het daar maar niet meer over hebben...
Tot zover maar weer. Voorlopig zal het wel niet van internetten komen in het Schwarzwald, waar de Biergartens ruimer gezaaid zijn dan de internetcafés, vrezen we. Of vrezen we dat niet?
dinsdag 29 juli 2008
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten